Strategisch of Symbolisch? De beweegredenen achter strategische planning en de perceptiekloof tussen ambtenaren en politici

Brecht Cuyvers

Master
Stedenbouw
en ruimtelijke planning
2024 — 2025

onderzoek

promotoren
Tom Coppens

Strategisch of Symbolisch? De beweegredenen achter strategische planning en de perceptiekloof tussen ambtenaren en politici

 

Deze masterproef onderzoekt waarom gemeenten ruimtelijke beleidsplannen opmaken, welke barrières zij hierbij ervaren en welke verschillen er waar te nemen zijn tussen ambtenaren en politici.

In de jaren 1980 ontstonden de eerste gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen (GRS). Na het planningsdecreet van 1996 kende structuurplanning een bloeiperiode, met als hoogtepunt de goedkeuring van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) in 1997. Tegen 2008 beschikte bijna de helft van de Vlaamse gemeenten over een goedgekeurd plan. Daarna viel de dynamiek stil: herzieningen bleven uit of duurden gemiddeld elf jaar. Om dit te keren introduceerde de Vlaamse overheid in 2017 het ruimtelijk beleidsplan. Ook dit kende weinig succes: zeven jaar later hebben slechts zeventien gemeenten een beleidsplan, 21 andere zijn ermee bezig. Op Vlaams en provinciaal niveau blijft de implementatie achter.

2024 was bovendien een verkiezingsjaar, wat gevolgen heeft voor beleidsplanning. Politieke verhoudingen beïnvloeden immers samenwerking tussen ambtenaren en politici, cruciaal bij strategische planning.

Deze masterproef onderzoekt via mixed methods waarom gemeenten al dan niet een beleidsplan opmaken. Een quickscan van 285 gemeenten wordt gevolgd door documentanalyse van 38 plannen en diepte-interviews met ambtenaren en schepenen uit verschillende gemeenten en bestuursniveaus.

Het onderzoek toont dat uitdagingen, kansen en bovenlokaal beleid aanleiding geven tot beleidsplanning, maar gemeenten kampen met beperkte middelen, capaciteitsproblemen en onduidelijke kaders. Intergemeentelijke samenwerking blijkt voorlopig geen oplossing.

Vier structurele kenmerken spelen een rol: ligging, grootte, verstedelijkingsgraad, fusies en politieke voorkeur. Daarnaast zijn samenwerking en vertrouwen tussen politici en ambtenaren cruciaal. Een sterke tandem leidt tot meer en ambitieuzere plannen. Wil men beleidsplanning stimuleren, dan is actieve ondersteuning van Vlaanderen en de provincies essentieel, via middelen, begeleiding en duidelijke bovenlokale kaders.

Contact

Brecht Cuyvers
brecht.cuyvers@gmail.com

CL1R1SZ